Gelijk
toen ik wakker werd, werden al mijn schermen gevuld met de
verschrikkelijke aanslag in Brussel. Op mijn telefoon, mijn laptop,
mijn televisie, overal zag ik beelden uit Brussel Ik zag veel
droevige mensen, inmiddels al niet meer in paniek. Zij zochten een
veilig heenkomen, de puinhopen achterlatend. Misschien misten ze nog
wel een geliefde, of een kennis, maar dat kon ik niet zien.
Na
vijf minuten naar het nieuws gekeken te hebben, wist ik wel zo’n
beetje wat ik weten wilde en weten moest. Maar als mens ben ik ook
nieuwsgierig dus ik keek langer, en daarna nog langer. Langzaam
verruilde mijn gevoel van afschuw, verdriet, boosheid en ook wel een
beetje angst zich voor verbazing en weerzin. Die laatste twee totaal
niet gericht op slachtoffers of daders, maar op de mensen die
zichzelf journalist noemen.
Het
is namelijk een feit, dat als je het nieuws hebt gebracht, daarna
niks meer te vertellen valt. Dat gebeurt en zeg dan ook gewoon:
“Lieve mensen, dit was het, we komen ooit nog eens terug als er
meer te vertellen is”. Dit zeggen deze mensen echter niet. Deze
mensen blijven urenlang in beeld met oeverloos gewauwel over dat er
niks nieuws is, maar wel van alles gedacht wordt. Allemaal gedachten
die wij allemaal allang ook hadden. Dan gooien ze er nog maar een
stukje geschiedenis bij, omdat er gewoon echt niks te vertellen is.
Ondertussen laten ze live beelden zien van een totaal verlaten plein.
Tegen
de avond zijn alle praatprogramma’s aan de beurt. Daarin komen dan
allerlei deskundigen langs. Een belgië-deskundige, een
islam-deskundige, een Belgische islam-deskundige, een
oliebollenverkoper die ooit eens in België een oliebol verkocht
precies op de rampplek. En zo nog een aantal mensen die graag op
televisie komen. Allemaal hebben ze totaal niks nieuws te vertellen
en wens ik maar één ding: Doe als wij, sluit uw ogen en wordt
gewoon stil.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten