dinsdag 22 maart 2016

Brussel


Gelijk toen ik wakker werd, werden al mijn schermen gevuld met de verschrikkelijke aanslag in Brussel. Op mijn telefoon, mijn laptop, mijn televisie, overal zag ik beelden uit Brussel Ik zag veel droevige mensen, inmiddels al niet meer in paniek. Zij zochten een veilig heenkomen, de puinhopen achterlatend. Misschien misten ze nog wel een geliefde, of een kennis, maar dat kon ik niet zien.

Na vijf minuten naar het nieuws gekeken te hebben, wist ik wel zo’n beetje wat ik weten wilde en weten moest. Maar als mens ben ik ook nieuwsgierig dus ik keek langer, en daarna nog langer. Langzaam verruilde mijn gevoel van afschuw, verdriet, boosheid en ook wel een beetje angst zich voor verbazing en weerzin. Die laatste twee totaal niet gericht op slachtoffers of daders, maar op de mensen die zichzelf journalist noemen.

Het is namelijk een feit, dat als je het nieuws hebt gebracht, daarna niks meer te vertellen valt. Dat gebeurt en zeg dan ook gewoon: “Lieve mensen, dit was het, we komen ooit nog eens terug als er meer te vertellen is”. Dit zeggen deze mensen echter niet. Deze mensen blijven urenlang in beeld met oeverloos gewauwel over dat er niks nieuws is, maar wel van alles gedacht wordt. Allemaal gedachten die wij allemaal allang ook hadden. Dan gooien ze er nog maar een stukje geschiedenis bij, omdat er gewoon echt niks te vertellen is. Ondertussen laten ze live beelden zien van een totaal verlaten plein.

Tegen de avond zijn alle praatprogramma’s aan de beurt. Daarin komen dan allerlei deskundigen langs. Een belgië-deskundige, een islam-deskundige, een Belgische islam-deskundige, een oliebollenverkoper die ooit eens in België een oliebol verkocht precies op de rampplek. En zo nog een aantal mensen die graag op televisie komen. Allemaal hebben ze totaal niks nieuws te vertellen en wens ik maar één ding: Doe als wij, sluit uw ogen en wordt gewoon stil.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten